Het is herfst, de bladeren aan de bomen hebben de prachtigste kleuren. Zondag liep ik door het bos en genoot van de geur van mos en het geritsel van bladeren onder mijn voeten. Het was bewolkt en tussen twee enorme buien door, dat hadden we gezien op de app, wandelde ik met mijn gezin en schoonouders bij het Vosseven. Een prachtig gebied met bos en moeras. We zagen sporen van wilde zwijnen en een prachtige paddenstoelen. ‘Een vieze neus halen,’ noemde Rijk ons uitstapje. Op school worden de herfsttafels weer ingericht en dus gingen we verzamelen. Bladeren in alle kleuren, eikels, kastanjes en takjes met mooie rode bessen, oma vond zelfs een paar maiskolven. Een hele doos vol schatten ging uiteindelijk mee naar huis.

Al tijdje voel ik me niet helemaal fit, ik slaap slecht, ben nu ook verkouden en heb weinig energie. Totaal onhandig want ik heb veel dingen gepland, vooral leuke en fijne dingen maar toch wil ik het allemaal doen. Volgens Dr. Chen, de Chinese genezer die ik bezoek vanwege mijn ‘kapotte mond’, is het mis met mijn Chi en is mijn lever overbelast. Daarvoor moet ik mijn dieet aanpassen en kruiden innemen, ook krijg ik accupuntuurbehandelingen en cupping. Volgens deze aardige man kan het wel even duren voordat ik weer de oude ben.

Het voelt goed om dit te doen, het is fijn dat er eindelijk iemand is die het heel logisch vindt dat mijn knieën zeer doen en mijn mond stuk is, dat mijn voeten en benen regelmatig opzwellen en ik elke nacht een paar keer wakker word. ‘Je lichaam is tenslotte één geheel,’ zei dokter Chen terwijl hij zijn schouders ophaalde. Erkenning, dat is fijn, vooral omdat er wel iets aan de doen is en het ook zo logisch klinkt allemaal. De immuuntherapie heeft z’n sporen nagelaten en het kan ook best dat ik in mijn enthousiasme mijn lichaam wat heb uitgeput.

En nu is het herfst, ook voor mijn lijf blijkbaar. En dadelijk wordt het winter en alles in mij wil heel graag een winterslaap doen maar tegelijkertijd wil ik ook alle leuke dingen blijven doen die ik nu doe. Daar zal ik balans in moeten vinden en nog beter moeten leren luisteren naar mijn lijf, het contact herstellen. Mijn lichaam is zo knap, het heeft kinderen gedragen en gebaard, marathons gelopen maar ook moeten dealen met roken en veel avondjes uit met teveel drank. En natuurlijk de kanker. En nu is het tijd om iets terug te doen; goed zorgen voor dit lijf, tekorten aanvullen en de tijd nemen om te herstellen, het wordt vanzelf weer lente.

In het bos voel ik dat de batterij zich oplaadt. De bomen zijn de longen van de aarde en het voelt enorm lekker om er tussendoor te lopen en bewust te ademen bij elke stap. Binnenkort maar weer eens een weekend naar de Veluwe, verder opladen. Harm en ik dromen al jaren van een vakantiehuis daar, een eigen plek waar we naar toe kunnen als we zin hebben. Een tweede thuis, naast ons thuis in Rotterdam. We houden van de natuur, van buiten zijn, van eekhoorns die je ‘s morgens een nootje komen opgraven terwijl je je eitje eet.  Maar we houden ook van de stad, de mensen daar, de mogelijkheden binnen handbereik, onze plek in Blijdorp. Maar hier moeten we het doen met de hond van de buren die af en toe via een gat in het hek bij ons op bezoek komt. Ze heet Jamie maar onze kinderen hebben haar Tebbie genoemd, het maakt haar niet uit, als ze maar geaaid wordt.

‘Volgende week weer,’ denk ik, terwijl ik mijn laptop open klap en toch even op de Bollo-site kijk of er nog een leuke aanbieding is voor de herfstvakantie.