‘Ja maar, hoe ziet het eruit dan, jouw mooiste leven.’ Ik stel mezelf deze vraag, hardop. Omdat ik het antwoord wil weten. Nu ik bijna veertig ben, vind ik dat ik dat ik het zou moeten weten ook, kom zeg. Als niet nu, wanneer dan. Afijn. Ik doe een poging.

Het is woensdag en ik breng de kinderen op de fiets naar school. Daarna fiets ik langs de bosrand naar huis. Ze zon schijnt en de bomen staan vol in het blad, vanmorgen werden we wakker van het geluid van de duizenden vogels die met ons de plek bewonen. Ons huis doemt al op en weer voel ik een kriebel in mijn buik, net als de eerste keer dat ik het huis zag. Toen kon ik ook al niet geloven dat wij daar op een dag écht zouden wonen.  Het huis is niet groot, althans niet het gedeelte dat je vanaf het pad ziet. Een schattig huisje met luiken en een schuine kap. In de erker liggen kussens en vaak liggen we daar, zomaar wat te liggen, te kletsen en te lachen. Dan kijk ik over de heide, soms zie ik een roofvogel een duik maken, konijnen, hazen, herten en ook wilde zwijnen laten zich zien. Vroeger woonde ik aan het water, dat was altijd mooi om te zien, bij elke weersomstandigheid en in elke seizoen.

Dat geldt ook voor de heide en het bos. Nu we hier wat langer wonen begin ik deze plek en haar gewoonten beter te herkennen. Hier is altijd lucht en ruimte. Dieren doen hun ding, net als de planten en de bomen. Niets blijft hetzelfde maar er is ritme en voor wie het wil zien zoveel pracht en kracht.

Als ik de oprit op rijdt, langs de dikke oude bomen parkeer ik mijn fiets tegen het atelier. Een houten gebouw met spanten en enorme ramen die allemaal open kunnen zodat het in de zomer bij de tuin hoort, maar dan met een dak erop. Hier nodig ik mensen uit, om samen te zijn en om verhalen en kennis te delen. De mensen die hier komen leer ik bewegen vanuit hun hart, vanuit liefde voor zichzelf. Een lichaam wil altijd bewegen, het is ons hoofd dat ons verteld dat we het niet kunnen, willen, hoeven, enzovoort. Meestal gaan mensen bewegen omdat ze weten dat het goed is. Maar dat is eigenlijk net zo goed zelfafwijzing, omdat je dan voorbij gaat aan het gevoel waarom je eigenlijk niet wilt. Hier, op deze plek vertrek je vanuit wie je bent, want dat is goed genoeg en geef ik je handvatten om goed voor je lichaam en je ziel te zorgen. De natuur helpt omdat ze uitnodigt en uitreikt. Op deze plek gebruik je al je zintuigen, kun je veilig terug naar je oer en je eigen natuur.

Om tien uur komt een groep mensen, stuk voor stuk mensen die vooruit willen, maar wel in hun eigen tempo en in de volgorde die ze kiezen. In tegenstelling tot wat ik vroeger dacht weet ik nu dat juist mensen die ziekte en verdriet hebben ervaren een enorm potentieel hebben ontwikkeld daarmee, voor een gelukkig leven. Je zou kunnen zeggen dat de mate waarin je in de put hebt gezeten, je ook de hoogte in kunt. In theorie zou je dan op straatniveau uitkomen, maar omdat je hebt geleerd om te stijgen, kun je dat doorzetten, tot grote hoogtes, zover als jij het gelooft.

In het atelier staat een groot bureau, voor een raam met uitzicht op de hei en de bosrand. Hier schrijf ik mijn verhalen. Elke maandag en donderdag schrijf ik hier, de hele dag. Liters thee drink ik dan, met koekjes erbij uiteraard. Mijn verhalen gaan over mijn leven, de levens van de mensen die ik ontmoet, mijn gezin en mijn familie. Er is zoveel te vertellen en te delen, zoveel pareltjes van momenten die ik anders zou vergeten. Het is ontzettend de moeite waard gebleken om het leven vanuit mijn perspectief op te schrijven. En ik ben niet de enige die er plezier aan beleefd blijkbaar. Ondertussen heb ik duizenden lezers op mijn blog en ook mijn maandelijkse vlog is populair Ook mag ik schrijven voor een aantal leuke bladen en breng ik binnenkort mijn derde bundel uit. Het is zonde om de verhalen in de vergetelheid te laten raken, er zullen steeds weer mensen zijn voor wie de teksten fijn kunnen zijn.

Mijn enorme Duitse herder, hij heet Hugo, gaat graag mee rennen in het bos. Toen hij klein was sliep hij in een eigen kamer in het atelier. Vanuit hier kon hij zelf naar buiten, het erf op. Maar zoals voorspeld is H. er toch van gaan houden en kruipt hij ‘s avonds lekker bij ons op de bank. En dat is geen probleem want de bank is enorm, er kunnen nog wel zes Hugo’s op.

Er is altijd leven bij ons. Vrienden en vriendinnen van onze jongens komen graag over de vloer. H. kan heerlijk koken en maakt de lekkerste dingen klaar. Ook zijn onze borrels in de buurt beroemd. De heerlijkste hapjes, de lekkerste wijnen, alles is er en iedereen is welkom.

Terug naar nu. Ondertussen trein ik naar Eindhoven en voel ik tranen prikken, dat het zo helder was, dat was me nog niet helder. Ik kijk er naar uit.